Muziekgrootmeester Arie J. Keijzer 80 jaar

a j keijzerDe eerste keer dat ik Arie J. Keijzer en zijn vrouw Tini ontmoette is alweer een heel aantal jaren geleden.
Samen woonden zij nog aan de Kalkhaven in een groot, statig herenhuis.
Mijn vrouw Ina en ik waren in die tijd nog onder dak in de pastorie aan de Stooplaan.
Na die eerste kennismaking bleven we contact houden. Soms zagen we elkaar lange tijd niet, dan weer eens vrij frequent.
Vooral in de periode dat Tini in "Het Parkhuis" verbleef en Arie bijna dagelijks langs ons huis aan de Dubbelsteijnlaan fietste.
Op 3 juni j.l. werd hij 80 jaar.

Een feestelijke aanleiding om samen terug te zien op een rijk besteed leven.

Een lang gekoesterde wens

Op tafel ligt De twee getuigen in Gods heilssymfonie. Dé grote verrassing op Keijzers verjaardag. De plaats van Israë in Gods heilshandelen. Daarover gaat het in dit boek. Een onderwerp dat hem al meer dan vijftig jaar intens bezig houdt. Degenen die het voorrecht hebben hem meer van nabij te kennen weten dit. Een gesprek met Arie ging al snel over dit thema. In de loop der jaren zette hij zijn gedachten hierover zorgvuldig op papier. Dat het ooit komen zou tot een boekuitgave was wel een wens, maar "ik vermoedde dat het daar ook bij zou blijven", verzekert de auteur me bescheiden. "Ik ben niet de man om op zoek te gaan naar een uitgever en eventuele publiciteit op me te nemen." Maar wat Keijzer niet deed, deden anderen voor hem. Het manuscript had inmiddels een gang gemaakt langs enkele vrienden. Groot was dan ook de verwondering toen op zijn tachtigste verjaardag "zijn boek", keurig uitgegeven, gepresenteerd werd in de Grote Kerk te Oudewater.
"Voor mij een volslagen verrassing. Ik wist echt nergens van. Ik werd door mijn kinderen na de maaltijd '€™s avonds meegenomen in de auto. Ik veronderstelde dat we een ritje in de omgeving maakten. We kwamen in Oudewater aan, ik werd de kerk binnengeloodst en zag daar ineens tientallen vrienden en familieleden. Oud leerlingen waren van heinde en ver gekomen. Abram Bezuien kwam over uit Noorwegen. Er werd muziek van mij gespeeld. Prachtig allemaal. En toen de presentatie van 'mijn' boek. Ik werd overrompeld door een diepe emotie. Dat boek was een must, een missie. Ik moest het schrijven." Op de achterflap staat: "Het wordt steeds duidelijker dat er een magistrale compositie uitgevoerd wordt waarin het volk Israël een centrale plaats inneemt".
De auteur noemt deze compositie 'Gods Heilssymfonie' Voor iedereen is het heilzaam zich te richten op de partituur (de Bijbel) van deze indrukwekkende symfonie, waaruit wij geen blauwdruk voor de toekomst kunnen construeren, maar wel de contouren ervan kunnen ontwaren. De auteur beschrijft deze compositie vanuit de bijbelse profetieën met de bedoeling iedereen te bepalen bij de Messiaanse toekomst die de christelijke kerk is voorzegd ..." Het is verleidelijk uit het boek te citeren, maar beter kan men de tekst zelf lezen en overdenken. Voor € 19.90 schaft u het aan bij boekhandel Dekkers.
Maakt u genoemd bedrag over op rekeningnummer 446538248 t.n.v. H.C de Gelder, onder vermelding van boek Arie J.Keijzer + uw adresgegevens, dan krijgt u het zonder verdere verzendkosten thuisbezorgd. Op mijn vraag of we nog meer theologisch werk van onze oudorganist kunnen verwachten klinkt een overtuigend ‘nee’. Dit was het. Nu wijd ik mij weer helemaal aan de muziek.
Een indrukwekkende staat van dienst
Arie'€™s wieg stond in 1932 in Nieuwe Tonge, waar zijn vader schoenmaker en organist van de Hervormde Gemeente was. Na een aantal jaren gewoond te hebben in Rotterdam en Oud-Beijerland keerde het gezin Keijzer na de tweede wereldoorlog naar Flakkee.
Arie "ging de muziek in", startte er een orgelpraktijk, werd organist te Ooltgensplaat en later in Middelharnis, waar hij vaste bespeler werd van het drieklaviers Leeflangorgel dat nieuw gebouwd werd na de verwoestende kerkbrand die in 1949 het hele gebouw in de as legde. Zelf studeerde hij bij Piet van den Kerkhoff, Adriaan Engels, George Stam en Singfried Reda.
In 1963 werd Keijzer winnaar van het Nationaal Orgelimprovisatieconcours te Bolsward waar hij zowel de prijs voor uitvoering van het grote werk als de koraalprijs in ontvangst nam en het jaar daarop te Haarlem. Ondertussen werd hem ook nog de Prix d'€™excellence toegekend door het Rotterdams Conservatorium, waaraan hij spoedig daarna verbonden werd als hoofdvakleraar.
Hij leidde er tussen 1965 tot 1994 vele jonge musici op. Toen in 1968 het vierklaviers orgel in de Rotterdamse Doelen gereed kwam, werd hij er gevraagd als vaste bespeler. Hij verzorgde er maandelijks grote avondvullende concerten voor volle zalen; speelde er tweemaal de hele Bachcylcus, zette werken van Noord-Duitse componisten op de lezenaar (Buxtehude, Böhm en vele anderen), bracht er het hele oeuvre van César Franck ten gehore, om meer maar niet te noemen. Samen met Tini, zijn vaste registrante, vond hij nog tijd om concerten te geven elders in binnen en buitenland. Daarnaast componeerde hij een schat aan minutieus in elkaar gezette muziekwerken voor orgel, orkest en oratoriumpraktijk. Wanneer ik Arie met deze imponerende staat van dienst confronteer, benadrukt hij met klem dat ‘een leven in dienst van de (kerk)muziek alleen genade is. Gaven van God ontvangen zijn er om Hem mee te verheerlijken en niet om er zelf mee te pronken.
Dordrecht
Acht hoog aan de Spuiboulevard ligt de stad aan onze voeten. Achter ons staat een immense vleugel. Rechts het forse drieklaviers studieorgel, gebouwd door broer Jan die destijds medefirmant was van Leeflang orgelbouw in Apeldoorn.
Kennelijk zijn de vloeren hier dusdanig stevig dat zij niet doorbuigen onder al deze lasten, wellicht is het hun een lust dit alles te torsen. Vóór ons rijst hoog boven alle belendende bebouwing de Dordtse Dom op. "Ik kan mij voorstellen dat het zicht op de kerk waar je zo lange tijd organist was en waar je eerder vertrok dan je wellicht zelf gewild had, confronterend is. Toch heb ik je niet aflatende werklust altijd bijzonder bewonderd. Je ging door met muziek maken, met componeren. Onlangs voltooide je de zesde Symfonie, opgedragen aan je vrouw Tini die in 2010 overleed. Ook toen ging je niet bij de pakken neerzitten." Hij denkt even diep na alvorens te antwoorden, maar dan: ‘Ik heb hier met zegen mogen werken. Ik werd in 1976 benoemd tot opvolger van Cor Visser als hoofdorganist van de Augustijnen en Grote Kerk. In die tijd kerkten we ’s zomers in de ene, '€™s winters in de andere kerk. De mensen spraken over 'zomer- en winterkerk'. Ik bleef tot 1997, toen achtte ik het moment gekomen om te vertrekken. Het Woord, en uiteindelijk natuurlijk God Zelf, heeft mij en Tini steeds door de moeilijkste perioden van ons leven geleid. Er waren magere, maar ook vette jaren.
Wij hebben in de jaren na Dordt veel, heel veel van God ontvangen. Ik ben er steeds voor bewaard gebleven om te blijven steken in gevoelens van rancune en wrok." Hij vertelt van wonderlijke ontmoetingen en mensen die op zijn pad kwamen van wie hij geleerd heeft en die hij zelf ook weer mocht leren.
Feestprogramma
Een ontmoeting met Arie J.Keijzer verveelt nooit. Hij is een onderhoudend gastheer. Er is meestal meer stof dan tijd voor gesprek. Ongenoemd bleven dan ook de festiviteiten die nog op stapel staan in verband met zijn tachtigste verjaardag. Zo wordt op 12 juli zijn Zesde Symfonie in de Dom van Bremen gepresenteerd door oud-leerlinge Jolanda Zwoferink. Op 19 juli kunt u dit muziekwerk horen in de Oude Kerk te Delft. Op 22 september D.V. vindt er een "Arie J. Keijzer-themadag" plaats in de Catharijnekerk te Brielle. En bij het label Prestare verschijnt dit jaar een CD waarop hij het Dordtse Kamorgel bespeelt.
Wie zich ook maar enigermate verdiept in de muziekpraktijk van Arie J.Keijzer kan hem onmogelijk eenzijdigheid verwijten.
Een hartelijke gelukwens past ons als gemeente en lezers van Kerk op Dordt dan ook aan het adres deze muziekgrootmeester die ons veel heeft gegeven en ons nog steeds verrast met gaven van hoofd, hart en handen.
Hoe zal Arie J. Keijzer hierop reageren,vroeg ik mij af toen ik dit vraaggesprek uitwerkte, terwijl op de achtergrond een CD draait, waarop Jolanda Zwoferink zijn Symphonie V pour Grand-Orgue uitvoert op het Cavaillé-Coll orgel van de Eglise Madeleine te Parijs ...
Vermoedelijk zal hij zeggen: "Hem zij de heerlijkheid, zowel nu als tot de dag der eeuwigheid." (2 Petrus 3)
Jan Belder
Met welwillende toestemming van de auteur, ds. J. Belder, overgenomen uit "Kerk op Dordt" no. 13 d.d. 22/06/2012
Logo