Altaarstuk Augustijnenkerk opgedoken

Een indrukwekkend altaarstuk dat tussen 1544 en 1572 de Dordrechtse Augustijnenkerk heeft gesierd, blijkt in een Pools museum te hangen.
De Dordtse historicus Herman van Duinen is "€˜gedeeltelijk"€™ verrast over de vondst. "€˜Want ik had het kunnen weten!"
 
 
 

Ecce Homo

Dordrecht

"Dit altaarstuk was ons volledig onbekend", zegt een opgetogen Aart de Boon van de Augustijnenkerk, een voormalige kloosterkerk waarin tegenwoordig een Gereformeerde Bondsgemeente kerkt.

De Boon, sinds jaar en dag rondleider in het kerkgebouw, spreekt over het Drenckwaert-triptiek, een drieluik uit 1544 van de hand van de bekende Nederlandse schilder Maarten van Heemskerck. Het altaarstuk blijkt te staan in Nationaal Muzeum Narodowe in de Poolse hoofdstad Warschau. Omdat het momenteel door deskundigen van het Amerikaanse  Getty Museum in Los Angeles wordt gerestaureerd, kreeg De Boon onlangs een mailtje uit Amerika. Of hij genegen was drie betrokkenen bij het restauratieproject te willen rondleiden. Ze wilden namelijk graag de oorspronkelijke omgeving van het drieluik bestuderen. Natuurlijk kon dat, en onlangs zijn ze rondgeleid.

Aart de Boon was totaal verrast door het mailtje, omdat dit altaarstuk "ons volledig onbekend was"€™. Hij vindt het heel bijzonder dat op deze manier "een stukje geschiedenis van onze kerk is teruggevonden".

Direct vroeg hij het Paul Gettymuseum om een foto, en hij moet zeggen dat het een indrukwekkend meesterstuk is, met als thema "Zie de mens" (ecce homo). Afgebeeld is Jezus met een doornenkroon op, omringd door onder andere Pilatus. Op het linker luik in gebedshouding de toenmalige schout van Dordrecht Jan van Drenckwaerdt, waar de triptiek ook naar is vernoemd. Achter hem Johannes de evangelist. Op het rechter luik eveneens in devote houding Van Drenckwaerts vrouw, met op de achtergrond de heilige Margaretha. De Boon: "Ze hebben beloofd me op de hoogte te blijven houden van de voortgang van de restauratie. Als die klaar is krijgen we een reproductie op ware grootte toegestuurd."
 
De Dordtse amateur-historicus Herman A. van Duinen vertelt dat de restauratie in november voltooid zal zijn. Waarom wist hij niet van het bestaan af? Want juist afgelopen maand verscheen er van hem het boek "Een augustijnenklooster van aanzien", over de Dordtse monnikenorde tussen 1275 tot 1572. In laatstgenoemd jaar ging Dordrecht over naar de Reformatie. Daarmee kwam er een eind aan drie eeuwen kloosterleven in de stad. De Augustijnenkerk, onderdeel van het klooster, "werd vrijgegeven voor Hervormd gebruik". Alle religieuze kunstwerken moesten toen het veld ruimen.

In zijn boek schrijft Van Duinen dat er van de altaarstukken - waarvan er minstens vier moeten zijn geweest - eigenlijk niets bekend is. "Aan de ene kant verraste de 'vondst' me, aan de andere kant ook weer niet."
In een catalogus van het Rijksmuseum Amsterdam, uitgegeven in 1986 naar aanleiding van de tentoonstelling "Kunst vóór de beeldenstorm" staat namelijk een grote zwart-wit-foto van het Drenckwaert-triptiek, en een kort bijschrift over de afgebeelde personen. Bij de naam "Drenckwaert", bekend vanwege zijn wreedheden tegenover protestantse ketters, had er bij hem een belletje moeten gaan rinkelen. Maar dat deed het niet. "Ik hád het dus kunnen weten, maar dat is achteraf praten."™

 

 
 
Logo